AVG en wettelijke bewaarplicht
In de vorige nieuwsbrief informeerden we u over de nieuwe privacywet
voor heel Europa, de Algemene Verordening gegevensbescherming
(AVG). Wij ontvangen regelmatig vragen over AVG in relatie tot de
wettelijke bewaarplicht van 7 jaar.
Mensen hebben het recht om correctie van hun persoonsgegevens te
vragen. Dat houdt in dat zij een organisatie mogen vragen hun
persoonsgegevens te verbeteren, aan te vullen, te verwijderen of af te
schermen.
Iemand kan om correctie vragen als zijn persoonsgegevens:
• feitelijk onjuist zijn;
• onvolledig zijn of niet ter zake doen voor het doel waarvoor ze zijn
verzameld;
• op een andere manier in strijd met een wet worden gebruikt.
Bron: https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/nl/zelf-doen/privacyrechten/recht-op-correctie-en-verwijdering
Een verzoek om gegevens te verwijderen op grond van het recht op
vergetelheid vraagt om een zorgvuldige afweging. De overwegingen om
gegevens al dan niet te mogen verwijderen staan in onderstaande tekst
van de Autoriteit Persoonsgegevens, zoals die er al was onder de WBP.
De fiscale bewaarplicht zal voor een ondernemer veelal prevaleren boven
het recht van een klant om gegevens te verwijderen.
De AVG heeft het nog wat verder uitgebreid (recht op vergetelheid),
maar de kern blijft overeind: als de persoonsgegevens worden vastgelegd
voor het voldoen aan een wettelijke plicht, hoeven/mogen deze niet
verwijderd worden:Recht op Vergetelheid onder de AVG is dus iets
breder dan Recht op Correctie:
Voorwaarden recht op vergetelheid
Het recht op vergetelheid geldt niet altijd. Alleen in de volgende situaties
is het recht op vergetelheid van toepassing:
o Niet meer nodig
De organisatie heeft de persoonsgegevens niet meer nodig voor de
doeleinden waarvoor de organisatie ze heeft verzameld of waarvoor de
organisatie ze verwerkt.
o Intrekken toestemming
De betrokkene heeft eerder (uitdrukkelijke) toestemming gegeven aan de
organisatie voor het gebruik van zijn gegevens, maar trekt die
toestemming nu in.
o Bezwaar
De betrokkene maakt bezwaar tegen de verwerking. Er geldt op
grond van artikel 21 van de AVG een absoluut recht van bezwaar tegen
direct marketing. En een relatief recht van bezwaar als de rechten van
de betrokkene zwaarder wegen dan het belang van de organisatie om de
persoonsgegevens te verwerken.
o Onrechtmatige verwerking
De organisatie verwerkt de persoonsgegevens onrechtmatig.
Bijvoorbeeld omdat er geen wettelijke grondslag is voor de verwerking.
o Wettelijk bepaalde bewaartermijn
De organisatie is wettelijk verplicht om de gegevens na bepaalde
tijd te wissen.
o Kinderen
De betrokkene is jonger dan 16 jaar en de persoonsgegevens
zijn verzameld via een app of website (‘dienst van de
informatiemaatschappij’).
Wanneer geldt het niet:
o De verwerking is noodzakelijk om het recht op vrijheid van
meningsuiting en informatie uit te oefenen.
Daarmee doet de AVG recht aan het principe dat privacy en vrijheid van
meningsuiting gelijkwaardige grondrechten zijn.
o De organisatie verwerkt de gegevens omdat er een wettelijke
verplichting is om dat te doen.
o De organisatie verwerkt de gegevens om openbaar gezag of een
(wettelijk vastgelegde) taak van algemeen belang uit te oefenen.
o De organisatie verwerkt de gegevens voor een taak van algemeen
belang op het gebied van de volksgezondheid.
o De organisatie moet de gegevens in het algemeen belang archiveren.
o De gegevens zijn noodzakelijk voor een rechtsvordering.
|